Deze column staat in Het Financieele Dagblad van 13 november 2020 en is een bewerking van mijn opening statement tijdens de hoorzitting “Rondetafelgesprek inzage rapporteurschap AVG” in de Tweede Kamer op 19 november 2020.
Volg deze link voor mijn eerdere FD columns.
In het kort
- Na 2,5 jaar AVG nog geen internationale privacyboete.
- Tekort samenwerking leidt tot nationale versplintering.
- Tijd voor volwaardige Europese datatoezichthouder.
Willen we méér of minder Europa? Deze tijdloze vraag staat nu hoog op de agenda bij lopende evaluaties van de Europese privacywet AVG in Brussel, Den Haag en andere nationale machtscentra.
Met de inwerkingtreding van de AVG in mei 2018 leek de vervolmaking van de Europese datadroom een feit: strenge spelregels, met directe werking in alle lidstaten en als sluitstuk versterking van datatoezicht via een nieuwe European Data Protection Board (EDPB), het veelbesproken one-stop-shop-mechanisme en bevoegdheden voor megaboetes tot wel 4% van de wereldwijde jaaromzet van een onderneming. Maar onder de oppervlakte blijkt dat machtige nationale toezichthouders, met hier en daar rugdekking van de lidstaten, ineens zand in de machine gooien. Met ineffectiviteit van het toezicht, fragmentatie van het Europese datarecht, en maatschappelijke vraagtekens over het uitblijven van grootschalige handhavingsacties tot gevolg.
De lopende evaluaties dienen de koe bij de horens te vatten en, net als in het mededingingsrecht, toezichtsmacht en boetebevoegdheden over te dragen aan Brussel. Continue reading 83e FD Column: Versplintering privacytoezicht vergt sterker Europa