66e FD Column: Internet der Dieren wil biodiversiteit redden, maar kan ramp zijn voor onze vrijheid

Deze column staat in Het Financieele Dagblad van 2 mei 2019. Volg deze link voor mijn eerdere FD columns.

Het Internet der Dieren is in aanbouw. Wat twintig jaar geleden begon als een studie naar de vlekborstmiervogel vanuit een mast in de Panamese jungle, moet zich de komende jaren ontwikkelen tot een netwerk van tienduizend gechipte diersoorten die vanuit de ruimte worden gevolgd. Al die data komen samen bij een metershoge antenne, die twee Russische astronauten in augustus vastklikten op internationaal ruimtestation ISS. Het Duits-Russische onderzoeksprogramma Icarus (International Cooperation for Animal Research Using Space) heeft de astronomische ambitie om het dierenrijk te dataficeren en belooft zo de biodiversiteit op aarde te redden, natuurrampen te voorspellen en epidemieën beter te bestrijden.

Illustratie: Hein de Kort voor het Financieele Dagblad

 

Tegelijkertijd kan het project ook rampzalige gevolgen hebben voor onze vrijheid. Icarus heeft namelijk de bijzondere interesse gewekt van ‘big tech’. Jeff Bezos, ceo van Amazon, nodigde de initiatiefnemers onlangs uit om te verkennen wat Amazon voor Icarus kan betekenen – en vice versa uiteraard. Of grote techfirma’s Icarus incorporeren om de mens massaal te volgen, ligt nu in de handen van een paar geniale biologen met beperkte financiële middelen. Op de horizon ligt de in Silicon Valley breed gedragen toekomstvisie, waarin mens en computer samensmelten en ons economische en maatschappelijke leven net zo overzichtelijk en voorspelbaar moet worden als een computerspel. In die maakbare wereld is geen plaats voor de vrije wil en ander menselijk gedoe – denk aan privacy, debat en een vergeten smartphone. Zoals zo vaak spelen veelal door geld gedreven keuzes van een paar wetenschappers een cruciale rol in de koers van onze hypertechnologische samenleving van morgen.

Onderhuidse chip

In het Technisch Weekblad beschrijft journalist Robert van der Veen hoe de Duiste professor ornitologie, Martin Wikelski, zich in 1999 in een hoge mast hijst om naar een mierenetende vogel in de Panamese jungle te turen, als een collega gekscherend opmerkt waarom hij het niet vanuit de ruimte probeert. Het duurt dan nog tien jaar voordat Wikelski geld en een raket vindt om dat moment van schitterende serendipiteit te mogen verzilveren. Na het afhaken van Nasa in 2004 adviseerden vakbroeders hem te stoppen. Wikelski ging door en noemde het project Icarus, naar de Griekse mythe over de roekeloze hoogvlieger die in weerwil van vaders instructies te dicht bij de zon vloog en in zee stortte nadat zijn van bijenwas gemaakte vleugels smolten. In 2009 steunde ruimteagentschap ESA Wikelski’s onderzoeksdroom alsnog.

Wat project Icarus wil bereiken voor het dierenrijk, willen Amazon en andere techfirma’s al jarenlang realiseren voor de mens: alle materie en mensen dataficeren, analyseren en volgen

Op dit moment draait Icarus haar eerste proeven vanuit de ruimte. De resultaten hier op aarde met kleinere projecten zijn al geweldig. In 2012 bleken geiten bij beginnende aardbevingen op vulkaan Etna vier tot zes uur eerder op de vlucht te slaan dan mensen. In Kazachstan loopt een onderzoek om de uitbraak van pest te voorspellen aan de hand van vogelbewegingen. En in Groningen chipt professor Theunis Piersma trekvogels om het stressniveau van ecosystemen in kaart te brengen. Kennelijk zit de innovatie en bottleneck in die chips, die zijn uitgerust met zonnecellen en meetapparatuur, 5 gram wegen en € 500 per stuk kosten. Naarmate de techniek doorontwikkelt, zou dat snel vijf keer zo goedkoop en zo licht moeten worden. Daarnaast plant Icarus, na die ene kolossale antenne, een wereldomspannend satellietnetwerk.

Wat Icarus wil bereiken voor het dierenrijk, willen Amazon en andere techfirma’s al jarenlang realiseren voor de mens: alle materie en mensen dataficeren, analyseren en volgen. Liefst zonder gedoe over privacy en rechtsgeldige toestemming van de gebruiker. De nadrukkelijke interesse van Amazon in Icarus is des te interessanter, omdat Amazon veel minder weet over de real-time locatie van klanten dan Google en vooral Uber. Eerder schreef ik al op deze plek over de groeiende wens van bedrijven, onder andere in de Londense City, om werknemers onderhuids te chippen om toegang, werkuren en gezondheid te monitoren. Inlichtingendiensten zullen likkebaarden bij zulke alomvattende surveillance. Een smartphone kan iemand nog laten liggen of uitzetten, maar aan een onderhuidse chip is niet te ontkomen. Amazon sorteert nu al voor op die toekomst en heeft een reusachtige kas om op verschillende paarden te wedden.

Milieueffecten

Al sinds de domesticatie van vuur zet de mens technologie voor goede en kwade doeleinden in. Toch realiseren dromende wetenschappers zich te weinig welke cruciale rol zij hebben in het sturen van die uitkomst. Zoals Albert Einstein zich vergiste in de atoombom, verkijken de grootste hedendaagse helden van wetenschap en technologie zich in de duistere intenties van hun medemensen. Na tien jaar geld leuren en twintig jaar ontwikkelen, is Icarus inmiddels opgestegen. Nu gaat het echte werk beginnen: miljoenen beesten chippen, analyseren en volgen.

Amazon is een aantrekkelijke partner. Naast ‘s werelds beste techtalenten, kan Amazon in een oogwenk, zonder ingewikkelde procedures, meer investeren dan menig natiestaat. Wikelski ziet geen principiële bezwaren, verklaarde hij in weekblad Der Spiegel, maar heeft inmiddels toch een ethische commissie aangesteld, die zich overigens ook zal buigen over de milieueffecten van miljoenen rondzwervende chips. Een goede eerste stap, de belofte de technologie nooit op mensen toe te passen is de volgende.

In al zijn enthousiasme werd Icarus hoogmoedig, en kwam hij dramatisch ten val. Het is te hopen dat de wetenschappers zich bijtijds bezinnen over de maatschappelijke effecten van hun visionaire Internet der Dieren.