Deze column stond in Het Financieele Dagblad van 19 april 2018. Volg deze link voor mijn eerdere FD columns.
Jarenlang liepen Europese opinieleiders te veel aan achter Amerikaanse techies, zoals de ceo van Sun Microsystems Scott McNealy. Zijn uitspraak ‘Privacy is dood, wen er maar aan’ uit 1999 heeft vooral in de top van de Europese politiek en bedrijfsleven te lang nagegalmd. Toch is het maatschappelijk debat over technologie voorgoed veranderd. Met de inlichtingenwet en de hoorzitting van Mark Zuckerberg vers in het geheugen, realiseren zelfs traditionele ceo’s en staatshoofden dat een verantwoorde respons op technologische vragen meeweegt in de beurskoers en bij verkiezingen. De Franse president gooide hier pas nog een schepje bovenop: Europa heeft een eigen toekomstvisie nodig om de datasamenleving een prettige samenleving te laten zijn.
Emmanuel Macron ontvouwde eind maart eindelijk zijn digitale strategie voor Frankrijk en Europa, met de nadruk op kunstmatige intelligentie. Hij constateert terecht dat het 5 voor 12 is voor het Europese continent. De VS en China domineren het technologische landschap, vooral ten aanzien van softwareontwikkeling en ‘machine learning’. Maar Europese sociale waarden en grondrechten zijn niet geborgd als de Europese datasamenleving aan het infuus ligt van Amerikaanse en Chinese technologie.
Macron slaat de spijker op zijn kop: alle technologie, ook algoritmen en andere software, herbergt politieke keuzes. Juist hierin ziet hij een kans. Europese technologie voor een Europese samenleving. Daartoe wil Macron verantwoorde datadeling tussen de publieke sector, universiteiten en ondernemingen faciliteren en € 1,5 mrd in vijf jaar investeren in gezamenlijk onderzoek en ondernemen door universiteiten, bedrijfsleven en overheid. Het probleem erkennen, verantwoorde datadeling prediken en geld alloceren zijn belangrijke stappen. Maar Macron blijft vaag over de hamvraag: hoe brengt een overheid zelflerende algoritmen in lijn met Europese waarden?
In Europa kennen we ruwweg twee instrumenten voor de regulering van de datasamenleving: gegevensbescherming en mededinging. De Europese Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG), die 25 mei in werking treedt, bevat strenge regels en sancties om transparantie van en individuele controle op datastromen mogelijk te maken. Maar niemand heeft voldoende kennis om ‘privacy policies’ ten aanzien van zelflerende algoritmen te begrijpen, laat staan een goed geïnformeerd oordeel te vellen over wat er in de toekomst met data gebeurt. Europese overheden zien daarnaast evident een rol voor zichzelf weggelegd als hoeder van de markt. Google ontving een megaboete van € 2,4 mrd voor misbruik van macht op de markt voor internetadvertenties. Zelfs Rutte III heeft het idee overgenomen in het regeerakkoord.
Het is wachten op een antwoord van kabinet-Rutte III op Macrons strategie
Jarenlang dachten beleidsmakers dat gegevensbescherming en mededinging de datawereld wel in goede banen zouden leiden. Tegelijkertijd bleven wij denken dat de Autoriteit Persoonsgegevens en ACM toezicht kunnen houden op alle privacyproblemen en op de tucht van de markt. Maar beide instrumenten blijven steken in marktdenken en de AVG ziet vooral toe op het proces, en niet op de inhoudelijke vraag wie wat met welke data mag doen. De politiek zal zich nadrukkelijker moeten bemoeien met de vraag is wat wij zien als gewenste toepassingen van AI.
Hierin ligt een belangrijke rol voor decennialang ontwikkelde sociale, culturele en juridische tradities. Al tientallen jaren denken wij na over gezondheidszorg, onderwijs en financiën en richten wij onze samenleving in op een manier die ons past. In Europa vinden we privacy belangrijk en heffen we iets meer belasting, maar zijn verzekeringen en onderwijs beschikbaar en betaalbaar. Amerikaanse verkooptijgers zullen Europese beleidsbepalers stomverbaasd en geërgerd aankijken: jullie tradities in onze technologie? Onze app komt jullie samenleving ‘revolutionaliseren’. Amerikaanse en Chinese ontwikkelaars hebben kennis noch gevoel om invulling te geven aan de Europese visie op gezondheidszorg, privacy of onderwijs.
Het is wachten op een antwoord van Rutte III op Macrons strategie. In feite dienen Europese en Nederlandse beleidsbepalers en toezichthouders in alle uithoeken van de maatschappij zich veel explicieter te gaan verhouden tot onze data-gedreven wereld. Niet alleen omdat verantwoord gebruik van data in die uithoeken veel economische en maatschappelijke waarde kan creëren, maar vooral omdat Amerikaanse en Chinese algoritmen onze manier van leven in gevaar kunnen brengen. Daar wen ik niet graag aan, Mr. McNealy.